ENGLISH | NEDERLANDS

Albertkanaal


Het kanaal werd gepland in de jaren twintig omdat de toenmalige verbinding tussen Luik en Antwerpen via de bestaande Kempense kanalen meer dan overzadigd was. Zo waren er vaak lange files door de knelpunten Maastricht, Herentals en de sluizen vanaf Blauwe Kei.

Bovendien werd in 1934 in Nederland het Julianakanaal geopend waardoor het transport uit en bestemd voor het Luikse industriegebied dreigde naar Rotterdam te gaan. Enkel de gedeelten Ternaaien-Hasselt en Kwaadmechelen-Herentals moesten nog gegraven worden; verder beriep men zich op het al bestaande kanaal Maastricht-Luik, Aftakkingskanaal naar Hasselt en het kanaal Bocholt-Herentals tussen Herentals en Antwerpen.

De eerste spadesteek werd op 31 mei 1930 gegeven door koning Albert I. Tussen Genk en Luik staan geen sluizen maar ging men over tot het graven van een maar liefst 60 m diepe kloof door het Plateau van Caestert (Sint-Pietersberg) bij Kanne. Tussen Ternaaien en Luik “zweeft” het kanaal dan weer als het ware boven de lager gelegen begane grond.

De officiële opening van het volledige kanaal gebeurde door koning Leopold III en koningin Elisabeth op 30 juli 1939, tijdens het “Saison Internationale de l’Eau” te Luik. Hierbij werd ook het standbeeld van Albert I onthuld dat de zuidelijke ingang van het kanaal beheerst. Het festival zou enkele maanden duren, maar moest in september vroegtijdig afgebroken worden vanwege het uitbreken van Tweede Wereldoorlog. Daardoor werd de ingebruikname ook verschoven tot 1946, want door de Duitse invasie werden vrijwel alle bruggen en sluizen vernield (zie daarvoor ook het artikel over Fort Eben-Emael, dat aan de oever van het kanaal ligt).